Hij dacht dat hij in zijn recht stond… De wet besliste anders.
Stel je voor dat je in deze veelvoorkomende situatie terechtkomt: je komt bij een kruispunt, kijkt snel naar beide kanten en rijdt dan door. Plotseling komt er rechts van je een motorfiets met hoge snelheid aanrijden en botst tegen je aan. In principe ben je volgens de verkeersregels in de fout, omdat je geen voorrang van rechts hebt verleend. De werkelijkheid is echter niet altijd zo eenvoudig. De rechter kan namelijk anders oordelen, op basis van een concept dat bij het grote publiek onbekend is.
De motorrijder heeft in dit geval namelijk misbruik gemaakt van zijn voorrang. Het is waar dat de bestuurder die als eerste het kruispunt opreed, een fout heeft gemaakt door niet voldoende te stoppen om optimaal zicht te hebben. Niettemin heeft de andere weggebruiker, door ondanks de duidelijke aanwezigheid van een voertuig met hoge snelheid het kruispunt op te rijden, buitensporig gebruik gemaakt van zijn voorrangsrecht.
Artikel R415-1 van de verkeersregels is echter duidelijk: “Elke bestuurder die een kruispunt nadert, moet controleren of de weg die hij gaat kruisen vrij is en zo langzamer rijden naarmate de zichtbaarheid slechter is”. Het niet naleven van deze regel wordt bestraft met een boete van de vierde categorie, wat overeenkomt met een forfaitaire boete van 135 euro. Deze boete kan worden teruggebracht tot 90 euro bij snelle betaling of oplopen tot 375 euro bij te late betaling.
“Het gaat hier om misbruik van recht. Dit is een juridisch begrip dat vaker voorkomt in het fiscaal recht of het vennootschapsrecht, maar dat ook een plaats heeft in het verkeersrecht”, bevestigt Rémy Josseaume, advocaat gespecialiseerd in verkeersrecht en verantwoordelijke voor de commissie Verkeersrecht van de balie van Parijs, aan Le Journal du Net.
Volgens Rémy Josseaume is er sprake van “rechtsmisbruik wanneer een persoon een recht op buitensporige wijze uitoefent, wat onevenredige of schadelijke gevolgen voor derden heeft. Toegepast op de verkeersregels betekent dit bijvoorbeeld dat een bestuurder die voorrang heeft, deze op een manier gebruikt die in strijd is met de regels van voorzichtigheid”.
De advocaat benadrukt dat “dit begrip regelmatig terugkomt in verzekeringsgeschillen na een ongeval. Het gaat om situaties waarin de bestuurder weliswaar voorrang heeft, maar zijn gedrag als misbruik kan worden beschouwd”.
“Ik heb zelf al in verschillende dossiers een beroep gedaan op dit argument. Dat gezegd zijnde, blijft dit soort redenering relatief zeldzaam”, geeft Rémy Josseaume toe. De rechtbanken hebben namelijk de neiging om de voorrangsregels strikt toe te passen en misbruik alleen in zeer specifieke omstandigheden te erkennen.
“In de meeste gevallen is een bestuurder die geen voorrang verleent volledig aansprakelijk. Maar als kan worden aangetoond dat er sprake is van misbruik van voorrang, dan kan de aansprakelijkheid over beide partijen worden verdeeld“, legt Rémy Josseaume uit, waarbij hij echter aangeeft dat ”het aandeel in de aansprakelijkheid van de automobilist met voorrang zal worden verminderd, maar nooit volledig zal worden weggenomen: hij zal altijd worden beschouwd als medeschuldig”.