Het was 2023 toen Bernat, een journalist uit Barcelona, en zijn Vietnamese partner besloten om naar Australië te verhuizen, met als doel geld te sparen en tegelijkertijd de wereld te ontdekken. Zij kreeg echter geen visum, waardoor het paar op zoek ging naar een ander land waar ze economisch konden floreren: ze kozen voor IJsland.
Dankzij de inspiratie van een collega van haar die naar IJsland vertrok, kreeg Bernat een idee. Zo vond hij binnen een week een baan in een hotel. Dit allemaal dankzij een vriendin van hem die iemand kende die in IJsland werkte en hem vertelde dat ze mensen nodig hadden.
“We hebben geen sollicitatiegesprek gehad, ze vroegen ons alleen of we Engels spraken en wanneer we konden komen. Op dat moment was het vrij eenvoudig om werk te vinden in IJsland, maar nu is het iets moeilijker omdat het populair is geworden”, legt hij uit in een gesprek met EL ESPAÑOL.
Op die eerste bestemming brachten hij en zijn partner de hele zomer door, vanaf begin juni. Eind september veranderden ze van hotel omdat de ervaring zich herhaalde. Bernat voegt eraan toe dat het slechte aan IJsland “het management van de bedrijven is, omdat ze er niet om gaven dat dingen goed werden gedaan”.
Aan de andere kant had dit ook een positief aspect, omdat de werknemers een beetje konden doen wat ze wilden “omdat de bazen in de hoofdstad zaten en een beetje lak hadden aan alles”, legt Bernat uit. Deze situatie bracht hen ertoe om opnieuw te verhuizen naar een ander hotel, waar ze meer dan twee maanden verbleven.
Bernat zegt dat je in IJsland “behoorlijk kunt sparen. Het minimumloon daar is 2.500 euro, maar in hotels is dat 3.000 euro per maand voor 170 uur werken”. In IJsland “was het normaal om ’s avonds, ’s ochtends en in het weekend te werken, waardoor je met overuren veel meer verdiende, maar vaak werden die niet betaald en dan ontstonden er geschillen”, zegt de Catalaan.
Wanneer dit gebeurt, zijn er mensen die besluiten om in opstand te komen, omdat ze op de hoogte zijn van de IJslandse wetgeving, zoals Bernat en zijn partner hebben gedaan. “De meeste mensen, Italianen, Polen, Tsjechen… denken dat ze, aangezien ze hetzelfde werk doen als in Europa en het dubbele verdienen, ook niet gaan klagen”.
IJsland, een welvarend land
Het stel is dol op reizen. Ze waren er allebei al van overtuigd dat ze naar een ander land zouden gaan, dus “was het een kwestie van het ene eiland (Australië) inruilen voor het andere”, zegt Bernat. Voordat hij in IJsland aankwam, had de Barcelonees zich goed geïnformeerd, hoewel dat eigenlijk niet nodig was, omdat hij al een goed beeld had van het werken daar.
“In IJsland zijn er nauwelijks kosten, dus je kunt veel sparen”, voegt de Catalaan toe, die in een jaar en drie maanden dat hij daar verbleef ongeveer 50.000 euro heeft gespaard. “Als je niet in Reykjavik of een andere grote stad in IJsland werkt, krijg je meestal onderdak, eten en een auto, en in twee van de vier hotels was alles betaald, vooral in het laatste hotel waar ik negen maanden verbleef”, zegt hij.
De slechtste ervaring was volgens Bernat in het tweede hotel, waar de werknemers 100 euro moesten betalen voor een gedeelde kamer en eten, hoewel de auto en een deel van de accommodatie werden betaald. Toch is het verschil in salaris tussen beide landen aanzienlijk. Bernat legt uit dat “hij in zijn beste maand in Spanje 1.300 euro verdiende, terwijl hij in IJsland in zijn beste maand 5.500 euro verdiende”. Het geld kwam niet vanzelf: het was een maand waarin hij veel werkte, namelijk 300 uur.
Op de vraag of je IJslands moet kennen om daar te kunnen werken, antwoordde hij: “Een van de goede dingen van IJsland is dat je alleen Engels nodig hebt voor de toeristische sector, in restaurants, hotels en banen als gletsjergids”.
Papierwerk in IJsland
Wat veel mensen het meest verbaast als ze zien wat er nodig is om in hotels in IJsland te werken, is juist dat je geen specifieke opleiding nodig hebt. Bernat legt uit: “Ze vragen je naar je werkervaring, of je ervaring hebt in de horeca, en dat is alles. Veel hotels zijn klein en familiaal, dus je moet veelzijdig zijn en van alles kunnen”.
IJsland maakt weliswaar geen deel uit van de EU (Europese Unie), maar wel van het Schengengebied, dus het is heel gemakkelijk om erheen te gaan. “Je gaat erheen, vindt een baan en als je die hebt gevonden, vraag je een sofinummer aan en stuur je een onlineformulier op. Daarna ga je naar een politiebureau om te bevestigen dat je het bent door je paspoort te laten zien. Het is een eenvoudig proces dat binnen een week is afgerond”.
Zijn ervaring in Spanje was als journalist bij een sportkrant. Voordat hij naar IJsland kwam, ging hij backpacken door Azië, waar hij zijn partner leerde kennen. Beiden waren een groot deel van elkaars sociale leven, want Bernat legt uit: “Het is een woestijnland, met heel kleine dorpjes, hotels in de middle of nowhere, waar je alleen een sociaal leven hebt met klanten en collega’s.”
Daarom is IJsland een moeilijke keuze voor zeer sociale mensen, maar voor stellen of vrienden die samen gaan, kan het een goede ervaring zijn. “Toen ik in het laatste hotel was, werkte ik alleen met mijn vriendin”, legt Bernat uit. Het plan voor een zaterdagavond in de winter kon zijn “samen een film kijken”, daarom stelt Bernat dat IJsland “een land is om een tijdje met je partner of vrienden naartoe te gaan”.